In
“Wordt
de ideologie van AMADA (1970), op 9e PVDA-congres (2015) gewist uit
collectief geheugen?(2)maak
ik de beschuldiging verder concreet, dat de poging NU, VANDAAG van de
PVDA om de leiding te verwerven van het “sociaal verzet” tegen de
recente regeringsmaatregelen, gebeurt op basis van louter een
beschrijving van “de aanval tegen de lonen”. Deze “beschrijving”
van de LAATSTE besparingen op het loon, weliswaar met wat
“historische” verwijzingen, betekent nog niet dat er een
marxistische analyse wordt gemaakt. En uiteindelijk leidt zij juist
maar tot de “oproep”, om te strijden “tegen
elke indexsprong en voor het recht op collectieve loonsverhogingen”.
Als
vroeger zo'n “analyse” en “strijdplan “ in een artikel zou
verschenen zijn, in wat men zou noemen, een “trotskistisch”
weekblad, zouden PVDA-kaders dit in Solidair “ontmaskeren” als
“economisme” (zoals Lenin het reformisme noemde in 1903) ...
Ik
stelde ooit (in 2002) voor om het geheel van de opeenvolgende
besparingen van de verschillende elkaar opvolgende regeringen
(sinds 1980) en de aantoonbare band met de richtlijnen van de
verschillende EU-instanties, te analyseren, als het verhogen van
de uitbuitingsgraad van de Belgische(of eigenlijk, Europese)
werkers, hetgeen “normale” ontwikkeling is onder het kapitalisme
en dus alleen definitief te bestrijden door het bestrijden van het
kapitalisme zélf. Dit ter vervanging om iedere keer de
klassenstrijd enkel te richten op (alleen) de LAATSTE besparing. Mijn
voorstel werd afgewezen als zijnde “economistisch” (dus
reformistisch...)
Is
mijn beschuldiging (reformisme) aan de PVDA NU juist...of was de
beschuldiging (“economisme” dus ook eigenlijk reformisme) in 2002
van PVDA-leiding toen op mij, juist?
Welnu,
in een kritiekrapport (globaal handelend over al mijn voordien
ingediende rapporten), gemaakt in opdracht van de zich toen reeds
ontwikkelende “fractie Boudewijn Deckers”, kan u inderdaad lezen:
“Het
noodzakelijk buigen voor de economische eisen, dat is het precies wat
Lenin economisme noemt!
Snapt N wel dat de manier waarop hij "strijd voor loon " en
"huisvesting" stelt hem juist in deze richting duwt?”
(het
GEHELE rapport is hier te lezen)
MS 26/1995..."Het economisme.....bekampen." |
Het
hele kritiekrapport is in feite een verantwoording naar derden toe
voor de (subjectieve) beoordeling die van mij gemaakt wordt. ..... De
“citaten” zijn zo gekozen uit mijn rapporten, om deze beoordeling
op zijn juistheid “te bewijzen”. Mijn argumentatie voor deze
stellingen kunt u lezen in Wordt
de ideologie van AMADA (1970), op 9e PVDA-congres (2015) gewist uit
collectief geheugen?(3)
en Wordt
de ideologie van AMADA (1970), op 9e PVDA-congres (2015) gewist uit
collectief geheugen?(4)
In
2003 was al een groot deel van de kaders van de PVDA gewonnen voor
het afstappen van voorhoedekarakter van de PVDA, omdat het doel van
de PVDA NIET meer was: het bewustzijn van de werkende klasse te
verhogen en zo voor te bereiden voor haar taak, de revolutionaire
opheffing van de kapitalistische productieverhoudingen. Maar
“formeel” was dit nog wel zo.
Door
middel van MANIPULATIE (zoals bepaalde foute opvattingen aanwrijven
door middel van gebruik van citaten uit hun verband gerukt) werden
mijn kritieken en voorstellen, uitgehold en van hun betekenis
ontdaan.
Zo
kon het zijn dat een kader mij een beschuldiging van “economisme”
kon op-kleven (en formeel was de PVDA nog altijd revolutionair en
bestreed zij het ”economisme”), daar waar ik juist een voorstel
deed om een “economisme”, dat ik meende waar te nemen, TEGEN TE
GAAN!
Het
hele “verhaal” betreft veel meer rapporten van mij, het gehele
kritiekrapport met een hele reeks “kritieken en beschuldigingen”,
een aantal rapporten achteraf van mij, enz.... Maar het “verhaal”
eindigt uiteindelijk in april 2005 met de sanctie: UITSLUITING....
Mijn
LAATSTE INTERN rapport volgt hieronder....
OPM:
Dit rapport bevatte GEEN voetnoten, de voetnoten heb ik NU toegevoegd
en dienen als uitleg. Verder gebruik ik voor bepaalde kaders
aliassen, voor anderen hun echte naam.
Mijn
LAATSTE INTERN rapport in de PVDA, op 14 april 2005
Aan:
leden van streekleiding, Provinciaal Comité, celleden en
hogere kaders
Van:
NO
In
de op dinsdag 12 april verstuurd en op woensdag 13 april
door mij gelezen email stelt Boud1
mij de vraag of hij mij op woensdag of donderdag kan spreken. Daar
donderdag bezet is stuur ik een email terug dat als hij mij NU wil
spreken hij dat kan als hij op voorhand even belt omdat ik wellicht
even weg ben.
Diezelfde
woensdag, dus 13 april, rond 11uur krijg ik een
telefoon: “Kan ik even langs komen het duurt maar een kwartiertje”.
Ik: “OK, kom dan maar”.
Boud
komt binnen en praat eerst even over koetjes en kalfjes. Ik moet
duidelijk zeggen: zeg eens wat je te zeggen heb, want ik moet mij
klaar maken om te gaan werken.
Boud:
“Ik kom in feite deze brief even persoonlijk afgeven….”
In
de envelop die hij mij overhandigde zat de nota (zie hieronder)….
Gedateerd op 18 MAART !?
18/03/05Van
: streekleiding Leuven
Aan : NOBetreft : sanctie
De streekleiding heeft dd 18/03/05 beslist om je met onmiddellijke ingang te schorsen als partijlid omwille van het overtreden van volgende partijstatuten:
Stat 1 : Kan lid worden elke persoon die het partijprogramma aanvaardt en propageert, de statuten erkent en toepast en deelneemt aan het werk van een partijcel en zijn bijdrage betaalt.”
Stat 5 : Wanneer een partijlid niet meer voldoet aan de bovenstaande toelatingsvoorwaarden, kan hij van de ledenlijst van de partij geschrapt worden.
Stat 33 : Elk partijlid bestrijdt het fractionisme. Bijeenkomsten buiten de partijstructuren die de bedoeling hebben om een parallelle structuur te vormen om de meningsvorming in de partij te beïnvloeden, zijn verboden omdat ze de partijeenheid breken.Stat 35 : Bij een ernstige inbreuk op de statuten wordt één van volgende sancties genomen. Waarschuwing, blaam, ontslaan uit zijn partijfuncties, het schrappen uit de partij…Stat 36 : De sanctie wordt uitgesproken door het hoger orgaan
Zoals statuut 36 voorziet kan je tegen deze beslissing beroep aantekenen bij het hogere orgaan, in dit geval het provinciaal comité van BRT, de DL van BRT.2
Aan : NOBetreft : sanctie
De streekleiding heeft dd 18/03/05 beslist om je met onmiddellijke ingang te schorsen als partijlid omwille van het overtreden van volgende partijstatuten:
Stat 1 : Kan lid worden elke persoon die het partijprogramma aanvaardt en propageert, de statuten erkent en toepast en deelneemt aan het werk van een partijcel en zijn bijdrage betaalt.”
Stat 5 : Wanneer een partijlid niet meer voldoet aan de bovenstaande toelatingsvoorwaarden, kan hij van de ledenlijst van de partij geschrapt worden.
Stat 33 : Elk partijlid bestrijdt het fractionisme. Bijeenkomsten buiten de partijstructuren die de bedoeling hebben om een parallelle structuur te vormen om de meningsvorming in de partij te beïnvloeden, zijn verboden omdat ze de partijeenheid breken.Stat 35 : Bij een ernstige inbreuk op de statuten wordt één van volgende sancties genomen. Waarschuwing, blaam, ontslaan uit zijn partijfuncties, het schrappen uit de partij…Stat 36 : De sanctie wordt uitgesproken door het hoger orgaan
Zoals statuut 36 voorziet kan je tegen deze beslissing beroep aantekenen bij het hogere orgaan, in dit geval het provinciaal comité van BRT, de DL van BRT.2
Samengevat een
overzicht van de “gebeurtenissen”
Hier
heeft”een hogere instantie” direct of indirect, Boud de opdracht
gegeven “het probleem NO” definitief op te lossen.
Diezelfde
“hogere instantie” heeft dat gedaan via informele, niet
duidelijke structuren, via een “coördinerend lager niveau” ,
via het “provinciaal comité van BRT” , of via twee niveaus
, het provinciaal comité waaronder het coördinerend
niveau “streekleiding ”.
Als
je tot het clubje (de “pool”3??...
van via informele contacten, benoemde “kaders” of “taakkrijgende”
partijleden) behoort, dan weet je wie of wat dat inhoudt. Als je met
“ideologische en politieke problemen” zit, die men niet kan of
wil oplossen, dan weet je op een gegeven ogenblik niet meer hoe de
partij organisatorisch reilt en zeilt. Automatisch wordt je, zonder
dat dat wordt uitgesproken of medegedeeld, “ingedeeld” bij
“raadgevende leden”, die grotendeel omwille van hun nogal
activistische “politieke” motivatie op dat “raadgevend”
niveau, lid zijn en die in feite zich geen vragen stellen rond
politieke lijn en organisatiestructuur en –principes.
In
feite is het Boudewijn Deckers die via “bemiddeling”, van Riet
en/of Simone4
en/of Bieke5,
Boud ertoe aangezet hebben (wellicht heeft Boud na een “vergadering”
over “probleem NO”, “vrijwillig” gezegd: “Ik zal het
aanpakken”6)
om definitief “het probleem NO” op te lossen.
In
de voorbereidende jaren is de partij (toch in de streek en in feite
ook in de provincie) uitgebouwd via aanstelling, coöptatie, via
informele besprekingen, via het vastleggen van “nu eenmaal in de
realiteit bestaande situaties”.7
OPM: Iedereen die
dit rapport krijgt (omdat ik meen dat hij/zij in de “streekleiding”
zit of behoort tot één of ander “hoger niveau”,
maar die niet “meteen doorheeft” waar het nu over gaat, omdat hij
of zij ver weg is gehouden van “het probleem NO”, of omdat hij of
zij zich er bewust of onbewust voor heeft afgeschermd – “ik wil
het eigenlijk niet weten” -, kan gerust zijn: ik kan
bovenstaande “beschuldigingen” argumenteren en bewijzen via een
chronologie van rapporten en “antwoorden”.
Hierdoor
is een generatie kaders onstaan, namelijk van “oudere kaders”
die politiek zich NIET meer gevormd hebben, om als kader de “meer
bewuste, de meer revolutionaire partijleden te zijn, die de door de
lagere organen en leden (ook politiek gevormd en bewust) via
leninistische partijwerkingstijl, naar voor worden gestuwd – via
discussies, bilans en uiteindelijk via georganiseerde verkiezingen”.
Deze kaders hebben de revolutie “in hun hart al afgeschreven” en
schermen zich af via formele bureaucratische “schermen” en
verantwoorden hun kaderschap door grenzeloos activisme. Dit
formalisme en activisme leggen ze ook op aan lagere, door hen
benoemde kaders. Hun uiteindelijke positie wordt beschermd door het
bestaan van een groot aantal leden die eigenlijk op het niveau zitten
van raadgevend lid. Zo is het uiteindelijk niveau, waarop politieke
beslissingen worden verantwoord ( bv inzake politieke
campagnerichtlijnen, campagne”programma's”), IN FEITE het niveau
van RAADGEVEND LID geworden.
Doordat
er geen strijd tussen twee lijnen meer is, geen politieke strijd
wordt georganiseerd - en voor zolang een lid MEENT, of DENKT, dat hij
of zij MEEBESLISSEND LID is, doordat hij door GEBREK aan politieke
vorming, geen duidelijke problemen ziet en dus ook geen “problemen”
stelt - wordt het grootste deel van de leden van het MEEBESLISSEND
niveau, “bezig gehouden” op RAADGEVEND niveau. Zo wordt in de
praktijk bewezen dat het standpunt van LENIN over partijstatuten
CORRECTER was dan dat van MARTOW (p. 54 in de “Bolsjeviek”)8
Van
“min of meer spontane evolutie”, door nalaten van elke politieke
strijd (“daar hebben we nu geen tijd voor, want de DRINGENDE
campagne X, verkiezing Y, of “situatie van klassenstrijd Z” dient
zich aan” en “we kunnen ons geen EEUWIGE situatie van BILANS en
RECTIFICATIE permiteren”), heeft zich een praktijk ontwikkeld die,
om zichzelf toch ergens moet verantwoorden, meer een meer BEWUST
wordt gevoerd. Er ontstaat een revisionistische lijn!
Hieruit
“kristalliseert”zich een “politieke lijn” een
“organisatiestructuur” die overheersend wordt en die haar eigen
voortbestaan moet beschermen.
Zo
kunnen we nu spreken van de lijn Boudewijn Deckers, want door
zijn functie (via BENOEMING door de nu overheersende fractie die nu
de organisatie-structuren overheerst na een “machtsstrijd” – de
zogenaamde “strijd tegen de liquidatiestroming van N RR” )
als Algemeen Secretaris9,
neemt hij de verantwoordelijkheid op zich voor de ontwikkeling van de
huidige “politieke lijn “(of het gebrek eraan).
Dit
neemt niets weg van de verantwoordelijkheid die sommige andere kaders
en partijleden hierbij hebben, alleen al door hun politieke
passiviteit, hun formalisme al dan niet begeleid van grenzeloos
activisme of zelfs politieke LAFHEID.
Hierbij
wil ik duidelijk namen noemen(deze opsomming is niet exclusief, ze
beperkt zich alleen tot die kaders en leden waarvan ik het duidelijk
kan argumenteren): Boudewijn Deckers, Jo Cottenier, Herwig Lerouge,
Riet Dhondt, 'Simone', 'Bieke', 'Boud', Bert De Belder, Wim Kenis,
'Myra'10
.
Ik ben
bereid voor een vergadering met AL de bovenvermelde partijleden en
kaders op voorwaarde:-dat die vergadering geleid wordt
door Ludo Martens-dat ik zelf mij nog mag
begeleiden door een zelfgekozen maar erkend partijlid-dat er op die
vergadering een computer met CD-lezer en printer of projector isDan kunnen de
gemandateerde nationale kaders die “persoonlijk” met mij moesten
discuteren, gelijk hun werk doen.
Dus bovengenoemde leden
en kaders zijn PERSOONLIJK en POLITIEK (direct of indirect)
medeverantwoordelijk voor de uiteindelijke daad van Boud: het
formuleren en afgeven van het bovenvermeld kattebelletje.
Dus dat NIEMAND van
de hierboven lijst DURFT zeggen of schrijven, als de
onlogische en aan de statuten niet beantwoorde werkwijze, de politiek
verkeerde handelswijze, DUIDELIJK wordt11,
om zijn of haar politieke en organisatorische positie te BESCHERMEN :
“Jamaar hier is Boud eigenlijk buiten zijn boekje gegaan”
Nu over de
sanctie-kwestie zelf
Om
te beginnen( en voorlopig) een aantal “eerder formele” kwesties.
Waar
is het bewijs dat ik WEIGER om statuut 1 toe te passen? ELK politiek
of ideologisch probleem die een partijlid – geen communist van
geboorte – zou hebben, geformuleerd door hem of haarzelf of
genoteerd door partijleden en kaders, die politiek en/of
organisatorische “HOGER staan”, moet door discussie, vorming en
begeleiding aangepakt en opgelost worden. IEDER lid zal regelmatig
“problemen hebben met het toepassen van het eerste statuut”, dat
is de kern en de reden van “omvorming van wereldopvatting”!
Boud
houdt het bij: “Je weet goed genoeg over welke problemen het gaat,
over welke inbreuken het gaat, je hebt TELEFONISCH12
geweigerd in te gaan op een (parallel13)
georganiseerde discussie-vergadering”
Hij
maakt van de HOOGSTE sanctie –uitsluiting- een “fait divers”.
Hij is TOTAAL niet instaat dat maar ook ergens POLITIEK en
IDEOLOGISCH te argumenteren.
Dat
is ook logisch omdat hij –zie boven - fungeert (of hij daar zelf nu
voor gekozen heeft of niet) als “loopjongen” of “bezorger van
een aangetekend schrijven” of …. “bezorger van
deurwaardersexploot”….
Inderdaad
is er een vorm van “analogie” ( dit wil niet zeggen dat ik mij nu
bekeer tot “bewijs naar analogie” – de analogie is louter
“illustratief”) met de manier waarop ik ben afgedankt door een
Amerikaanse multinational EN de manier waarop ik SINDIKAAL ben
“afgedankt” door de secretaris.
Politiek
is er door hogere kaders en bij lagere kaders en partijleden “ermee
ingestemd” dat NO een probleem is van “fractionisme,
scheurmakerij” en daarbij nog in die mate dat alleen de hoogste
sanctie - uitsluiting – op zijn plaats is.
Zou
moet men GEEN politieke tegenstellingen aanpakken, echte of vermeende
gesignaleerde problemen NIET aanpakken. Het recht op democratisch
centralisme bij de leden en de plicht voor het beantwoorden van
gesignaleerde problemen, geldt statutair alleen maar verplicht binnen
de kring van BESLISSENDE leden. Tactisch wordt dit “verruimd”
naar RAADGEVENDE leden.
Maar
als NO hieraan niet meer statutair beantwoordt of recht op heeft, bij
dat MEDEBESLISSEND of zelfs bij dat RAADGEVEND lid, VERVALT die
verplichting voor die hogere kaders!
Daar
waar tot DRIE keer toe kaders vanuit het hoogste niveau werden
gemandateerd om het probleem NO aan te pakken (Wim Kenis, Boudewijn
Deckers en Herwig Lerouge)…. kan men nu op beide revisionistische
oren slapen… “het probleem NO is geklasseerd”!
Wat betreft het
“aanvechten van de beslissing”
Ik
ben in 1979 lid geworden van een partij met de naam “Partij Van De
Arbeid van België” waar ik na studie en vorming en discussie
het in essentie revolutionair programma heb aanvaard, gepropageerd en
mijn werking op baseerde. De toenmalige statuten, die in
overeenstemming waren met het programma, heb ik erkend, toegepast, IN
MIJN BEST VERMOGEN en in de bereidheid hierover in de cel of naar
hogere partijstrukturen, verantwoording af te leggen, kritieken
hierop te aanvaarden.
Als
lid van DIE partij heb ik, en dat is mijn recht als partijlid,
ideologische en politieke problemen gesignaleerd. Die zouden moeten
besproken worden en behandeld om de partij, wat betreft haar
programma - en dus haar eigen revolutionaire taaksstelling waartoe
elk partijlid zich toe verbindt - te verbeteren.
Als
er nu op dit moment een partij bestaat, luisterend naar de naam
“Partij Van De Arbeid van België”, waarvan het voor mij en
door mij geformuleerde ideologisch en politiek probleem bestaat: “Wat
is nu in feite de concrete fundamentele inhoud van het programma?”
en NIEMAND van de van hoog tot laag, regelmatig aangeschreven
partijkader(s) en partij-orgaan, WEIGERT daar ook maar over de
diskuteren…. daargelaten dat zij mij het document bezorgen met de
mededeling “DIT is het programma van de PVDA, bestudeer dat en
als er problemen zijn zal er BINNEN de statutair bepaalde
partijstrukturen discussie en vorming georganiseerd worden”
Help
mij bij het formuleren van de “aanvechting van de beslissing”
!
Hoe
moet ik bijvoorbeeld formuleren: “Het aanhalen van overtreden
van statuut 1 om mij uit te sluiten is ONTERECHT”?
Hoe
kan ik bijvoorbeeld formuleren: “De materiële bewijzen die
in het rapport vermeld worden en die verantwoorden dat ik de statuten
inzake fractionisme, scheurmakerij in die mate overtreed dat alleen
uitsluiting op zijn plaats vecht ik aan”?
Wat
is de waarde van “je kan tegen deze beslissing beroep aantekenen
bij het hogere orgaan” daar waar de beslissing tot uitsluiting
is OPGEDRAGEN OM UIT TE VOEREN, na “rijp beraad”?
Het
staat een “feitelijke vereniging” vrij om op te nemen als lid en
buiten te smijten als lid wie men wil….
Wat
kan ik daar nu tegen doen?
Voorlopige en beperkte
conclusie
Als
de HUIDIGE leiding van de PVDA nu beslist zich te VERWIJDEREN van
haar indertijd ZELF gekozen taakstelling tot voorbereiden en leiden
van de socialistische revolutie en zich zelf te VERWIJDEREN van
eenieder die daaraan blijft appeleren, dan zal zij daarover in het
reine moeten komen met haarzelf. Hoe gaan de kaders die aan de
wieg hebben gestaan van AMADA en later de PVDA een bilan opmaken van
hun leven (tenslotte worden zij een dagje ouder)? Hoe gaan zij hun
huidige “activiteiten” in overeenstemming brengen met de
“jeugdige en revolutionaire overmoed” die zij hadden in de jaren
’68?
IK
heb al mijn bilan gemaakt, Ik heb na studie en vorming, stap naar de
arbeidersklasse, omvorming van wereldopvatting, geen spijt van iets!
Ik weet dat ik als INDIVIDUELE communist nooit een PARTIJ kan
vervangen en dat er fysische grenzen zijn aan “het voorbereiden en
leiden” van de socialistische revolutie voor een INDIVIDUELE
communist. Maar ik weet dat ik al het mogelijke heb gedaan tot
vrijwaring van het revolutionair karakter dat de PVDA zich in 1979
aangemeten had. Als er nu, in mijn onmiddellijke omgeving, op dit
moment geen revolutionaire en communistische partij is die zich
uitbouwt, en als mijn mogelijkheden beperkt zijn om zelf aan de
oprichting te helpen van zo’n partij, dan is dat spijtig, maar
verwijt ik mijzelf dat niet.
Als
individu kan ik de PVDA niet “veranderen” of “de strijd tussen
twee lijnen” OPLEGGEN. Als individu en als “uitgeslotene”
worden mijn individuele mogelijkheden hiervoor nog verder beperkt.
Ik
heb gedaan wat ik kon, het zal de reactie en de politieke strijdwil
zijn van de massa der leden om dat werk nu verder te zetten. Ik heb
er vertrouwen in dat dit zal gebeuren.14
Maar
ik vrees dat dit NU niet meer op een “rustige” manier zal
gebeuren. Een strijd tussen twee lijnen die opborrelt van BENEDEN
naar BOVEN kan niet anders dan aanleiding geven tot fractionisme,
provocatie, intimidatie, afscheuring of/en splitsing.
De
“rustige dagen” van de HUIDIGE leiding van de PVDA zijn geteld…15
Ik
meen, als er NIETS FUNDAMENTEEL veranderd binnen de PVDA en dan
bedoel ik, veranderd VAN BOVEN UIT, dat na nog 1 of 2
VERKIEZINGS-campagnes (en de blijkbaar daarbij horende crisissen en
twijfels) de PVDA niet meer in haar huidige vorm en wat er rest van
haar inhoud zal bestaan16
Ik
hoef wellicht niet te vermelden dat ik op dit rapport geen
reactie,kritiek of antwoord heb gekregen.....
1Alias
voor een provinciaal kader die ook de streekleiding leidt.
2Provinciaal
Comité van Brabant, Dagelijkse Leiding van Brabant. Hierin
zitten ondermeer Boud (alias), Simone (alias) en Riet D'Hondt (echte
naam)
3De
“pool” was een nieuw leiding-niveau ingesteld in 2002 en moest
eigenlijk de “Provinciale Leiding” vervangen, evenals de
“streekleiding” hetgeen zelf al een onduidelijk leidingsniveau
was die dan weer afgeschaft en dan weer ingesteld werd.
4Alias
voor een leidinggevend kader op provinciaal niveau.
5Alias
voor een “meewerkend” kader, meestal op streekniveau.
6Dit
staat in een “hypothetische” formulering, maar het is mij
medegedeeld dat het zo gegaan is: op een niet erg “veilige”
manier – op een ALGEMENE (medebeslissende én raadgevende
leden bijeen, OVER de “celgrens” heen) vergadering in een
zaaltje van een café(!?) waar INTERNE documenten (teksten
over het ontslag van de algemeen secretaris Nadine Rosa-Rosso)
worden “besproken” door Boudewijn Deckers, doet Boud bovenstaand
mededeling....
7De
“taakstellingen” voor Boud en Bieke, ook die van Myra (ook
alias) en de instelling van de “pool” en de opheffing en dan
weer aanstelling van een “streekleiding” zijn hier voorbeelden
van.
8Dit
refereert naar de discussie tussen Lenin en Martov, over hoe
statutair bepaald gaat worden wie lid kan worden van de
voorhoede-partij, die de Sociaal-democratische Partij van Rusland,
op het 2e Congres in 1903, had besloten (bij meerderheid of
“Bolsjeviki”) te worden......en “De Bolsjeviek....”
refereert naar “De Geschiedenis van de Communistische Partij van
de Sovjet-Unie (Bolcheviki)” dat speciaal uitgegeven was door EPO
omdat het (ooit..)een VERPLICHT studieboek was voor partijleden.
9Boudewijn
Deckers is in 2004, AANGESTELD als Algemeen Secretaris van de door
zichzelf AANGESTELDE leiding die Nadine Rosa-Rosso heeft
buitengezet. Eenmaal die job gedaan, is Peter Mertens AANGESTELD als
Algemeen Secretaris om uiteindelijk “verkozen” te worden op het
8e Congres in 2008 als voorzitter.
10De
namen tussen ' ' zijn aliassen (wel met hun echte naam in het
rapport vernoemd)
11Wellicht
was ik naïf om te denken (of revolutionair optimistisch) dat de
juiste lijn – en correcte werkstijl - nog zo bovenkomen....
12Inderdaad
blijkt hij zo onkundig over de INTERNE werking van een
communistische partij dat hij het heeft over een TELEFONISCH
gevoerde discussie...!
13Op
een niet door statuten of congres-beslissing bepaald
organisatie-niveau!
14Deze
gedachte blijkt nu wat “te” optimistisch te zijn.....!!!!
15Natuurlijk
als nu blijkt dat die kaders zich hebben weten te omringen met
blinde, activistische of/ en politiek LAFFE leden en de eventuele
“rebellen” tot deze staat hebben kunnen dwingen OF weten uit te
sluiten, EN als zij inderdaad géén greintje
proletarisch klassebewustzijn (meer) hebben, is hun “rust
“wellicht wél verzekerd.
16In
feite bestond de “oorspronkelijke” PVDA, naar vorm en inhoud al
niet meer na 2004. De bevestiging van die situatie kwam er op het 8e
congres in 2008.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten