De Chinese Communistische Partij “promoot” het “socialisme met Chinese karakteristieken” als na te volgen weg. Allerlei zelfverklaarde “marxisten”, “linkse” en zichzelf “communistische” noemende partijen verdedigen actief het “Chinese vorm van socialisme”….. Maar eigenlijk wordt hier het VOORTBESTAAN van de burgerlijke maatschappij en de kapitalistische productiewijze verdedigd. Men doet dit met behulp van wat de Chinese Communistische Partij zelf ontwikkeld heeft sinds de Derde Zitting van het 11e CC in 1978: het politiek revisionisme en het historische revisionisme…. Al degenen die de verdediging op zich nemen van “het socialisme met Chinese karakteristieken” gebruiken die argumenten die de CCP ontwikkeld hebben NA de Derde Zitting van het 11e CC in 1978, zoals bijvoorbeeld in de Resolutie van de Zesde Zitting van het 11e CC in 1981.
OPM. Het zijn deze argumenten, analyses, “ feiten” die de CCP (en/of de Chinese overheid) heeft vrijgegeven, die ook de basis vormen van ANTICOMMUNISTISCHE literatuur over de opbouw van het socialisme onder het partijleiderschap van Mao Zedong, over “de miljoenen doden bij de Grote Sprong Voorwaarts en de Culturele Revolutie op het geweten van Mao...”
De steun aan, en het promoten van de “versterking van het socialisme door de politiek van hervorming en opening van NA 1978, houdt in dat men (zoals de CCP NA 1978 deed) de opbouw van het socialisme zoals dat gebeurde onder partijleiderschap van Mao Zedong als FOUT veroordeelt. Objectief gezien schaart men zich achter de anticommunistische hetze!
Het “overnemen” van een gelijkaardig revisionisme heeft gevolgen bij die partijen. Zij ontwikkelen geen eigen strategie van mobilisatie van de werkende klasse naar revolutie en opbouw van het socialisme.Dit geldt voor AL de deelnemende partijen.
Ik wil hier alleen uitzondering maken voor die partijen van landen waar men reeds bezig is met het socialisme uit te bouwen en te ontwikkelen. Die hun deelname aan dit “Forum” heeft het voordeel van de twijfel, in hoeverre dit gewoon tactiek en/of diplomatisch was en de band met China bijdraagt in het doorbreken van hun isolement en hun economische moeilijkheden hierbij….: zoals de Laotiaanse Revolutionaire Volkspartij (LPRP), de Communistische Partij van Cuba en de Communistische Partij van Vietnam
Het initiatief gaat uit van de CCP, zelf in het PROMOTEN van hun “model”, de CCP organiseert in China hiervoor het World Marxist Political Parties Forum :
….meer
dan 100 marxistische politieke partijen en organisaties uit meer dan
70 landen op de CPC en het World Marxist Political Parties Forum
online gehouden met het thema Adapting Marxism to the National
Conditions and the Times of the 21st Century, georganiseerd door
de Internationale Afdeling van de Centrale Comité van de
Communistische Partij van China (CPC).
Tijdens
de openingsceremonie kregen de afgevaardigden te horen dat kameraad
Xi Jinping, secretaris-generaal van de Communistische Partij van
China en president van de Volksrepubliek China, belang had gehecht
aan het evenement en zijn groet aan alle deelnemers werd vervolgens
voorgelezen. (….) Xi Jinping wees erop dat het marxisme een theorie
met een open einde is die nooit ophoudt zich te ontwikkelen. En het
kan alleen gedijen als het wordt aangepast aan de nationale
omstandigheden. Het socialisme met Chinese kenmerken was ontstaan
door het marxisme te integreren met de specifieke omstandigheden en
verfijnde traditionele cultuur van China.
Geconfronteerd met
veranderingen die in een eeuw ongezien zijn geweest, verlicht het
marxisme de weg voorwaarts voor de mensheid en wil de Communistische
Partij van China ervaringen uitwisselen met marxistische partijen
over de hele wereld.
Tijdens de plenaire sessie werd een
keynote speech gehouden door Liu Jianchao, minister van de CPC
International Department, die benadrukte dat het 'einde van de
geschiedenis' nooit zal plaatsvinden en dat de tegenstelling tussen
socialisme en kapitalisme op wereldschaal aan het kantelen is in het
voordeel van socialisme. (….)
Dit was een uiterst belangrijke
en inspirerende gebeurtenis – een
potentiële mijlpaal in het versterken van de eenheid en cohesie van
de internationale communistische beweging rond de geavanceerde
ervaring van de socialistische landen en hun theoretische innovaties.
(...)
Hier
is het doel van het door de CCP gelanceerde Marxistisch Forum
duidelijk: Op basis van de revisionistische lijn, uitgedragen door de
CCP, een nieuwe “eenheid van de internationale communistische
beweging” te scheppen. Dit is mogelijk door het bestaan van een
opportunistische lijn bij deelnemende partijen, en het cultiveren van
die opportunistische lijn, en het meegaan in het historisch
revisionisme van de CCP.(zie verderop het voorbeeld van de PVDA)
Xi zegt dat het marxisme nieuwe vitaliteit toont in de
21e eeuw.
In zijn felicitatiebrief zei de Chinese leider
dat de CPC bereid is om samen te werken met marxistische politieke
partijen over de hele wereld om de zaak van vooruitgang te promoten
en een gemeenschap op te bouwen met een gemeenschappelijk lot voor de
mensheid. Marxistische wetenschap is een krachtig
denkinstrument om de wereld te begrijpen en te transformeren,
benadrukte Xi Jinping. Het onthult de wetten van de ontwikkeling van
de samenleving, wijst de weg naar de bevrijding van de mensheid en
bevordert de vooruitgang van de hele beschaving. In herinnering
brengend dat dit jaar de honderdste verjaardag van de CPC is,
benadrukte hij dat het marxisme sinds de oprichting de leidende
ideologie van de Chinese Communistische Partij is geweest. Sindsdien
heeft de Chinese Communistische Partij de ontwikkeling van het
marxisme bevorderd in overeenstemming met de huidige situatie, tijd,
culturele tradities en sociale processen in de VRC.
Wat hier NIET gezegd wordt is dat het “verdedigen van het socialisme met Chinese karakteristieken” inhoudt, dat men de opbouw van socialisme zoals dat gebeurde VOOR 1978 VERWERPT als zijnde “fout”… waar dan “Mao Zedong verantwoordelijk voor” zou zijn. Want DAT doet de CCP sinds de Derde Zitting van het 11e CC in 1978 zèlf, in haar verantwoording voor de politiek “Hervorming en Opening”.
Het
marxisme in het China van de 21e eeuw straalt nieuwe energie en
vitaliteit uit, het socialisme met Chinese kenmerken gaat een nieuw
tijdperk in en de Chinese natie begint aan een nieuwe reis naar zijn
grote wedergeboorte, zei Xi.
Hij richtte zich tot de deelnemers
aan het forum, benadrukte de uitdagingen die de hele mensheid gemeen
hebben en riep marxistische politieke partijen over de hele wereld op
om de dialoog en interactie te versterken, sprak de hoop uit dat
allen hun inspanningen, hun wijsheid, zouden kunnen bundelen om de
vonk te ontsteken van denken en het allemaal sturen om nieuwe hoogten
te bereiken in de ontwikkeling van het marxisme in de 21e eeuw.
Het is duidelijk dat China in haar kapitalistische ontwikkeling wel “moet” meedoen aan de kapitalistische concurrentiestrijd en het streven de competitiviteit van de “eigen” kapitalistische economie te verhogen. Dit houdt in een continue “strooptocht” naar marktaandelen (te veroveren op concurrenten) en die naar controle over zoveel mogelijk grondstofbronnen ( ook ten koste van de concurrentie). In dit is China niet anders dan de VS of de EU…..
Het
hoofd van de afdeling Internationale Betrekkingen van de
Communistische Partij van China, kameraad Liu Jianchao, die het
hoofdrapport aan het forum presenteerde, merkte op dat het marxisme,
dat een grote creativiteit in de geschiedenis van de mensheid is, de
hele beschaving grotendeels heeft vooruit geholpen. Het is nog
steeds, met een invloedrijk gedachtenstelsel, van mondiaal belang
voor de ontwikkeling van de wereld. Steeds meer mensen, vooral de
jongere generatie, wenden zich tot het marxisme, geloven erin en
steunen de ideeën ervan. Al deze mensen zijn een machtige kracht
geworden die niet kan worden genegeerd, meent kameraad Liu
Jianchao.
Ondanks het feit dat het socialisme ooit op
ernstige moeilijkheden stuitte, slaagden marxistische politieke
partijen erin deze test te doorstaan. Uitgaande van de nationale
omstandigheden houden ze de vinger aan de pols van de tijd, verrijken
en ontwikkelen ze het marxisme, boeken ze bemoedigende successen en
bewijzen ze opnieuw de volledige juistheid van deze doctrine,
onderstreepte de spreker. Het marxisme, zei hij, is vol
kracht en het socialisme heeft een veelbelovend vooruitzicht.
(….)
"Sinds het 18e CPC-congres," vervolgde de
spreker, "hebben Chinese communisten, geleid door kameraad
Xi Jinping, gebaseerd op zijn ideeën over socialisme met Chinese
kenmerken in een nieuw tijdperk, met succes dit nieuwe tijdperk
opgebouwd, dat de belichaming is geworden van moderne China's
marxisme, marxisme van de 21e eeuw, en ook de essentie van de
cultuur en geest van onze mensen. En ze markeren een nieuwe sprong in
de sinificatie van het marxisme, en leveren een belangrijke bijdrage
aan de bevordering van het socialisme in de wereld en de vooruitgang
van de mensheid. ideeën van het socialisme met Chinese kenmerken
verrijken de inhoud van het wetenschappelijk socialisme. (…)
'Wij
communisten', zei Liu Jianchao, 'we hebben het lot van China's
progressieve ontwikkeling in onze handen. Hij wees er ook op dat de
ideeën van Xi Jinping over socialisme met Chinese kenmerken in een
nieuw tijdperk, gebaseerd op de principes van het marxisme, ook een
nieuwe manier zijn om de mondiale problemen van de mensheid op te
lossen. (…)
"Als we in deze complexe wereld leven, zijn
we ons er terdege van bewust", concludeerde de spreker, "dat
de concurrentie tussen kapitalisme en socialisme als twee
systemen, twee soorten ideologieën al heeft plaatsgevonden. En dit
zal ongetwijfeld leiden tot serieuze veranderingen ten gunste van het
socialisme, waar marxistische partijen optreden als de belangrijkste
kracht die strijdt voor menselijke vooruitgang. Ze hebben een
veelbelovende toekomst. We moeten allemaal hand in hand werken om de
aanpassing van het marxisme aan de nationale omstandigheden en tijden
te bevorderen, zodat de vlam van onze waarheid van generatie
op generatie wordt overgedragen!
Er is nergens een volledige lijst van de “meer dan 100 marxistische politieke partijen” maar in ieder geval deden de volgende partijen mee en hadden een “eigen bijdrage” geformuleerd:
Partij
van Socialisten van de Republiek Moldavië
Communistische
Partij van Argentinië
Communistische
Partij van Wit-Rusland
Communistische
Partij van Brazilië
Communistische
Partij van Chili
Communistische
Partij van Bohemen en Moravië
Communistische
Partij van India (marxistisch)
Volkspartij
van Kazachstan
Communistische
Partij van Kenia
Partij
van Communisten van Kirgizië
Arbeiderspartij
van Mexico (PT)
Communistische
Partij van Uruguay
Communistische
Partij van Australië
Communistische
Partij van Bangladesh (marxistisch-leninistisch)
Partij
van de Arbeid van België (PVDA-PTB-WPB)
Socialistische
Partij van Egypte
Iraakse
Communistische Partij
Communistische
Partij van Nepal (Maoïstisch Centrum)
Palestijnse
Volkspartij
And-Jëf/Afrikaanse
Partij voor Democratie en Socialisme (Senegal)
Vatan
(Patriottische) Partij van Türkiye
Communistische
Partij van Groot-Brittannië (marxistisch-leninistisch)
Communistische Partij van de
Russische Federatie
Communistische
Partij van de VS
Portugese
Communistische Partij
Zuid-Afrikaanse
Communistische Partij
We
hebben op dit moment geen text van de bijdrage van de PVDA aan dit
Forum, maar eerder had het PVDA-kader Peter Franssen al eens een
bijdrage geleverd aan een gelijkaardig “forum” in China:
“Friedrich
Engels en het wetenschappelijk socialisme in China
– Peter
Franssen
– 03-11-2005 – Bijdrage
tot het Internationaal Symposium, 13-15 oktober 2005, Wuhan,
Volksrepubliek China,
“Friedrich
Engels en het wetenschappelijk socialisme in China”.
Deze tekst stond ooit, “ter vorming van de leden” op de website marx.be. Op het congres van 2008 werd besloten “Actiever te werken met ons theoretisch tijdschrift Marxistische Studies. Een plan op te stellen voor een ruimere verspreiding en betere benutting. We willen ook de theoretische site www.marx.be optimaal gebruiken.”, want “Het eerste instrument voor vorming op de basisgroepen is ons weekblad Solidair en de portaalsite www.pvda.be. Voor meer grondige vorming gebruiken we Marxistische Studies.”Hij gaat hier onder andere fel tekeer tegen degenen die “durven” stellen dat China nu kapitalistisch is:
Het
socialisme is geen statische toestand maar een beweging van laag naar
hoog, van primair naar ontwikkeld. Het socialisme zal zichzelf
opheffen en overgaan in het communisme zodra alle economische,
politieke, sociale, religieuze, morele, culturele overbljfselen van
de feodale en kapitalistische uitbuitingsverhoudingen uit het
verleden in de maatschappelijke structuren voltooid verleden tijd
zijn en zodra de leden van de maatschappij die overblijfselen
in hun gedrag en hun denken grotendeels achter zich hebben gelaten.
De socialistische overgangsmaatschappij zal noodzakerlijkerwijze een
zeer lange historische periode duren en, zoals alle voorgaande
maatschappijen, constant van structuur veranderen.
Nogal
wat marxisten en anderen hebben deze basisidee van Engels en Marx
niet begrepen en slaan wild om zich heen als de woorden «
socialistische opbouw in China » vallen.
Eén
van de teksten die de ronde doen in West-Europa en de Verenigde
Staten is het boekje China
and Socialism van twee Amerikaanse professoren, Martin Hart-Landsberg
en Paul Burkett. Je kan daarin het volgende lezen: « Vanaf 1978 is
de Chinese Communistische Partij een hervormingsproces gestart
waarvan beweerd werd dat het de opbouw van het socialisme nieuwe
kracht zou geven. Maar dat proces is de tegenovergestelde richting
ingeslagen en heeft het Chinese volk veel gekost. »1 Een
paar bladzijden verder staat dit: « Ondanks de hoop van velen aan de
linkerzijde, zijn wij van mening dat het Chinese proces van
markthervormingen het land niet naar een nieuwe vorm van socialisme
geleid heeft maar eerder naar een toenemend hiërarchische en brutale
vorm van kapitalisme. »2
De ietwat objectieve lezer staat perplex van dit kloeke besluit: het
gaat hier om een brutale vorm van kapitalisme dat het Chinese volk
veel kost. Professor Minqi Li van de York University geeft daar
niettemin toch dit commentaar bij: “Hart-Landsberg en Burkett
bieden een betekenisvolle analyse van de interne en externe
tegenstellingen van het Chinese kapitalisme. Op overtuigende wijze
argumenteren ze dat het Chinese experiment van marktsocialisme tot
niets anders geleid heeft dan tot een volgroeid kapitalisme. China
and Socialism is één van de belangrijkste bijdragen tot de
marxistische literatuur over hedendaags China.”
Een
ander merkwaardig geschrift dat ijverig bestudeerd wordt is “From
situational dialectics to pseudo-dialectics: Mao, Jiang and
capitalist transition”
van de Amerikaanse professor Barbara Foley. Mevrouw Foley schrijft:
“Er zijn heel wat aanwijzingen dat de Volksrepubliek China
in alle praktische opzichten een kapitalistisch land geworden is en
dat zelfs de overgebleven kenmerken van de socialistische ijzeren
rijstkom snel verdwijnen.”3
Martin
Hart-Landsberg, Paul Burkett en Barbara Foley geven identieke redenen
om te beweren
dat de Communistische Partij van China
het socialisme vervangen heeft door het kapitalisme.
Die redenen zijn: de inkomensverschillen zijn dusdanig gegroeid dat
ze nu tot de hoogste ter wereld behoren; het officiële
werkloosheidscijfer bedraagt 5 procent maar heel wat Westerse
onderzoekers denken dat het veel meer is; corruptie is wijd
verspreid; de economische transformatie met zijn voorkeur voor de
markt, zijn privatisering en zijn stijgende buitenlandse
overheersing, heeft een economie tot stand gebracht die weinig te
maken heeft met socialisme; gedwongen overwerk, illegale werktijden,
niet uitbetaalde lonen en erg slechte gezondheids- en
veiligheidsomstandigheden op het werk zijn schering en inslag.
Wat
is hun conclusie? Barbara Foley formuleert die zo: “Sympathisanten
van het Chinese socialisme die denken dat de teerling nog niet
geworpen is, dat linkse krachten binnen de Chinese Communistische
Partij het nog kunnen halen en dat de werkers en de boeren dan
opnieuw de weg opkunnen naar het communistisch egalitarisme, houden,
denk ik, zichzelf voor de gek als zij menen dat dit alles mogelijk is
zonder een nieuwe revolutie.”4
En zo ridiculiseert Peter Franssen de hele stellingname door de laatste zin te “parafraseren”: “Er is een revolutie nodig om dit monsterachtige regime omver te werpen, aldus deze 'linkse' critici van de Chinese Communistische Partij.”
De PVDA “kopieert” het historisch revisionisme en het politiek revisionisme van de CCP
Nu zullen we aantonen dat Peter Franssen op een zelfde manier het historisch revisionisme en het politiek revisionisme hanteert als de CCP sinds 1978.
Maar hier zal ik nu in dit eerste artikel één voorbeeld geven van het revisionisme van Peter Franssen (waarin hij de CCP gewoon volgt in hun revisionisme van in en na de Derde Zitting van het 11 CC in 1978.Peter Franssen in Marxistische Studies no 78 (22 nov 2007), “Welke weg slaat China in”:
Een
vernietigde industrie, een achterlijke landbouwproductie, een land,
verwoest en geruïneerd door 150 jaar economische achteruitgang en
daarbinnen 100 jaar binnenlandse oorlog en oorlog tegen het
imperialisme. Dat is de toestand wanneer de communisten op 1 oktober
1949 de Volksrepubliek China uitroepen. (…)
In
1952, drie jaar na de stichting van de Volksrepubliek, ligt het bnp
per hoofd van de bevolking lager dan in 1890. Op het einde van de 19e
eeuw is het inkomen van de Chinees even hoog als het
wereldgemiddelde.5
In 1949 is dat inkomen nog maar de helft van het gemiddelde van het
doodarme buurland India.6
De industriële productie ligt in 1952 niet hoger dan in 1900.7
Het beschikbare graan per hoofd van de bevolking is in 1952 maar net
even hoog als in 1820.8
China
kent dan zeer hoge geboortecijfers maar ook zeer hoge
sterftecijfers.
Bij
de bevrijding leeft 90 procent van de Chinese bevolking op het
platteland. De landbouw wordt niet alleen gekenmerkt door een gebrek
aan machines maar ook door de uiterst kleine schaal van de
boerderijen. In 1930 bezit het gemiddelde Amerikaanse
landbouwersgezin een stuk grond van 67 hectaren. Dat is veertig keer
meer dan waarover zijn Chinese collega gemiddeld beschikt.9(…)
Kan
de Chinese maatschappij uit deze diepe onderontwikkeling geraken
zonder de hulp van de kapitalistenklasse? De Communistische Partij
meent van niet.
De
burgerlijk-democratische revolutie
Mao
Zedong schrijft in april 1945 het essay Over
de coalitieregering.
Hij zegt daarin dat China nood heeft aan een burgerlijk-democratische
revolutie onder leiding van de Communistische Partij. Mao Zedong:
“Het zou een pure hersenschim zijn een socialistische samenleving
te willen opbouwen op de ruïnes van een koloniaal, semi-koloniaal en
semi-feodaal systeem zonder het bestaan van een eengemaakte staat van
nieuwe democratie, zonder de ontwikkeling van de economische
staatssector, de kapitalistische privésector en de coöperatieve
sector. In één woord: zonder een consequente burgerlijk-
democratische revolutie van een nieuw type, geleid door de
communistische partij. Sommigen vragen zich af waarom de communisten
in plaats van het kapitalisme te vrezen, integendeel voorstander zijn
van de ontwikkeling ervan onder bepaalde voorwaarden. Ons antwoord is
eenvoudig: de vervanging van het imperialistische juk en het
binnenlandse feodalisme door een tot op zekere hoogte ontwikkeld
kapitalisme is niet enkel een vooruitgang maar een onvermijdelijk
proces. Dit is voordelig zowel voor de burgerij als voor de
arbeidersklasse en nog meer voor deze laatste. Wij communisten
vertrekken van de marxistische opvatting over de sociale
ontwikkeling. Wij begrijpen ten volle dat China in het belang van
zijn sociale vooruitgang de staatseconomie, de individuele economie
en de coöperatieve economie moet ontwikkelen maar ook de
kapitalistische privé-economie, in de mate dat die het economische
leven van het volk niet kan overheersen.”10
Door de keuze van het citaat, getild uit zijn context, én door het scheppen van een “eigen context” doet hij of Mao in de tekst Over de Coalitieregering zegt: “Omwille van de grote onderontwikkeling van China moet er een burgerlijke democratische revolutie plaatshebben die het aan de kapitalisten mogelijk maakt om China uit deze onderontwikkeling te halen.”
Ten eerste is het een samentrekking van DRIE citaten, dat zonder gebruikelijke “(…)” op één citaat lijkt.Wat de echte context is blijkt uit een lectuur van héél de tekst “Over de Coalitie-regering”, de echte context staat gewoon IN de tekst.
Dus het is een LEUGEN dat het in Over de Coalitieregering gaat over “de hulp inroepen van de kapitalistenklasse” om China uit “de diepe onderontwikkeling” te halen.
" OVER COALITIE-REGERING – 24 april 1945
(….)…. het moment is nabij dat de Japanse agressors zullen worden verslagen door het Chinese volk in samenwerking met de geallieerde landen. Maar China blijft verdeeld en wordt nog steeds geconfronteerd met een ernstige crisis. Wat moeten we in deze omstandigheden doen? Zonder enige twijfel is het dringend noodzakelijk om vertegenwoordigers van alle politieke partijen en groepen en van mensen zonder enige partijaanhang te verenigen en een voorlopige democratische coalitieregering op te richten met als doel democratische hervormingen door te voeren, de huidige crisis te overwinnen, alle anti- -Japanse troepen in het land om in effectieve coördinatie met de geallieerde landen te vechten voor de nederlaag van de Japanse agressors, en zo het Chinese volk in staat te stellen zichzelf uit de klauwen van laatstgenoemden te bevrijden. (….)
Het beleid van passief verzet van de regering van Kwomintang tegen Japan en haar reactionaire binnenlandse beleid van actieve onderdrukking van het volk hebben geleid tot militaire tegenslagen, enorme territoriale verliezen, financiële en economische crisis, onderdrukking en ontberingen voor het volk en de verstoring van de nationale eenheid. Dit reactionaire beleid is een belemmering geweest voor het mobiliseren en verenigen van alle anti-Japanse troepen van het Chinese volk voor de effectieve vervolging van de oorlog, en heeft het ontwaken en de eenheid van het volk verhinderd. Maar dit politieke ontwaken en deze eenheid zijn nooit opgehouden zich te ontwikkelen, maar hebben een kronkelige koers gevolgd, onder de dubbele repressie van de Japanse agressors en de Kwomintang-regering. Het is duidelijk dat er lange tijd twee lijnen in China zijn geweest: de lijn van de Kwomintang-regering van onderdrukking van het volk en van passief verzet, en de lijn van het Chinese volk om hun eigen bewustzijn en eenheid te versterken voor het voeren van een volksoorlog. Hierin ligt de sleutel tot alle problemen van China. (…)
Vanaf het allereerste begin zijn er twee fronten geweest in de Chinese Verzetsoorlog, het Kuomintang-front en het front van de Bevrijde Gebieden. Na de val van Wuhan in oktober 1938 stopten de Japanse agressors hun strategische offensief tegen het Kuomintang-front en verplaatsten geleidelijk hun belangrijkste troepen naar het front van de Bevrijde Gebieden; tegelijkertijd, gebruikmakend van de defaitistische gevoelens van de Kwomintang-regering, verklaarden ze zich bereid om tot een compromis vrede met haar te komen, en, een beleid aannemend dat bedoeld was om de Chinese natie te misleiden, brachten ze de verrader Wang Ching-wei ertoe verlaat Chungking en richt een marionettenregering op in Nanking. De Kwomintang-regering begon toen haar beleid te veranderen en verlegde geleidelijk de nadruk van verzet tegen Japan naar verzet tegen de Communistische Partij en het volk. Deze verschuiving werd voor het eerst zichtbaar in de militaire sfeer. Om haar eigen militaire kracht te behouden, nam de Kwomintang-regering het beleid van passief verzet tegen Japan aan; het wierp de last van het vechten op het front van de Bevrijde Gebieden door de Japanse indringers de Bevrijde Gebieden te laten aanvallen, terwijl het zelf "op de top van de berg zat om de tijgers te zien vechten". In 1939 nam de Kwomintang-regering de reactionaire "Maatregelen ter beperking van de activiteiten van vreemde partijen" aan en beroofde de mensen en de anti-Japanse partijen volledig van alle rechten die ze tijdens de vroege periode van de verzetsoorlog hadden verworven. Vanaf dat moment zijn in de Kuomintang-gebieden alle democratische partijen, en in de eerste plaats de Communistische Partij van China, ondergronds gedreven door de Kuomintang-regering. In elke provincie in die gebieden zitten de gevangenissen en concentratiekampen vol met communisten, jonge patriotten en andere strijders voor democratie. In de vijf jaar van 1939 tot de herfst van 1943 lanceerde de Kwomintang-regering drie anti-communistische aanvallen1 om de nationale eenheid te splitsen, en creëerde zo ernstig gevaar voor een burgeroorlog. Het was in deze periode dat de "ontbinding" van het Nieuwe Vierde Leger werd bevolen en meer dan negenduizend van zijn troepen in het zuiden van Anhwei werden vernietigd - een gebeurtenis die de wereld schokte. Tot op dit moment zijn de aanvallen van Kuomintang-troepen op de strijdkrachten van de Bevrijde Gebieden niet gestaakt, en er is ook geen teken dat dit zal gebeuren. Tegelijkertijd hebben de Kwomintang-reactionairen allerlei laster en laster uitgestort. (…)
Toch is de Kwomintang geen homogene politieke partij. Hoewel het wordt gecontroleerd en geleid door de reactionaire kliek die de laag van de grote landheren, bankiers en compradors vertegenwoordigt, moet het niet volledig worden geïdentificeerd met deze kliek. Sommige Kuomintang-leiders behoren niet tot deze kliek waardoor ze zelfs maar worden gekleineerd, opzij geschoven of aangevallen. Veel van zijn kaderleden en achterban en veel leden van de Three People's Principles Youth League zijn ontevreden over het leiderschap van deze kliek, en sommigen zijn er zelfs tegen. Hetzelfde geldt voor alle Kuomintang-legers, regeringsorganen en economische en culturele instellingen die deze reactionaire kliek controleert. Ze bevatten allemaal nogal wat democratische elementen. Bovendien is de reactionaire kliek zelf, verdeeld in verschillende strijdende partijen, geen hecht lichaam. Het is ongetwijfeld verkeerd om de Kwomintang te beschouwen als een homogeen lichaam van reactionairen. (….)
Tot op de dag van vandaag volhardt de belangrijkste regerende kliek in de Kwomintang in haar reactionaire politiek van dictatuur en burgeroorlog. Er zijn veel tekenen dat het al lang voorbereidingen treft, en nu opvoert, om een burgeroorlog te ontketenen zodra de strijdkrachten van een bepaald geallieerd land een aanzienlijk deel van het Chinese vasteland van de Japanse agressors hebben vrijgemaakt. Het hoopt ook dat de generaals van bepaalde geallieerde landen in China hetzelfde werk zullen doen als de Britse generaal Scobie1 in Griekenland heeft gedaan. Het juicht de slachting toe die is gepleegd door Scobie en de reactionaire Griekse regering. Het is van plan China opnieuw in de maalstroom van burgeroorlog te storten, zoals in 1927-37. Achter het rookgordijn van "het bijeenroepen van de nationale vergadering" en "politieke regeling", bereidt het in het geheim een burgeroorlog voor. Als onze landgenoten er niet in slagen om kennis te nemen, hun plannen niet aan het licht te brengen en een einde te maken aan deze voorbereidingen, dan zullen ze op een mooie ochtend het kanonschot van een burgeroorlog horen.
ONDERHANDELINGEN
Na de instemming van andere democratische partijen te hebben verkregen, deed de Communistische Partij van China in september 1944 op de Politieke Volksraad de eis dat de eenpartijdictatuur van de Kwomintang onmiddellijk zou worden afgeschaft en dat er een democratische coalitieregering zou worden gevormd met het doel de Japanners te verslaan. agressors, het bouwen van een nieuw China en het voorkomen van een burgeroorlog. Dit was ongetwijfeld een tijdige eis, en in een tijdsbestek van een paar maanden heeft het de warme reactie van de brede massa's gewonnen.
We hebben vele onderhandelingsrondes gehad met de regering-Kwomintang over de kwestie van het afschaffen van de eenpartijdictatuur, het vormen van een coalitieregering en het doorvoeren van essentiële democratische hervormingen, maar het heeft al onze voorstellen verworpen. Niet alleen is de Kuomintang niet bereid om de one-p . af te schaffenkunstzinnige dictatuur te vormen en een coalitieregering te vormen, is zij niet bereid om ook maar één van de dringend noodzakelijke democratische hervormingen door te voeren, zoals de afschaffing van de geheime politie, de nietigverklaring van de reactionaire wetten en decreten die de vrijheid van het volk onderdrukken, de vrijlating van politieke gevangenen, erkenning van de juridische status van de politieke partijen, erkenning van de bevrijde gebieden en de terugtrekking van de legers die deze blokkeren en aanvallen. Als gevolg daarvan zijn de politieke betrekkingen in China erg gespannen geworden. (...)
Daarom vind ik dat we de plicht hebben om het publiek een zo goed mogelijk beeld te geven van "de twee gebieden". Alleen wanneer mensen de hele situatie in China duidelijk zien, zullen ze begrijpen waarom er zo'n verschil in beleid is tussen de Communistische Partij en de Kwomintang, de twee grootste politieke partijen in China, en waarom er zo'n strijd is tussen de twee lijnen. Alleen dan zullen de mensen begrijpen dat het geschil tussen de twee partijen geen onnodig of onbelangrijk of slechts onderkoeld geschil is, zoals sommigen beweren, maar een principieel geschil is waarvan het leven van honderden miljoenen mensen afhangt. (….)
ONS ALGEMEEN PROGRAMMA
Het Chinese volk, de Chinese Communistische Partij en alle anti-Japanse democratische partijen hebben dringend behoefte aan een overeengekomen gemeenschappelijk programma om alle anti-Japanse krachten van het Chinese volk te mobiliseren en te verenigen, de Japanse agressors volledig uit te roeien en een nieuw China dat onafhankelijk, vrij, democratisch, verenigd, welvarend en machtig is.
Een dergelijk gemeenschappelijk programma kan in twee delen worden verdeeld, het algemene en het specifieke. Laten we eerst het algemene en dan het specifieke programma bekijken.
Uitgaande van de belangrijkste vooronderstelling dat de Japanse agressors volledig moeten worden vernietigd en een nieuw China moet worden opgebouwd, zijn wij communisten en de overgrote meerderheid van de bevolking het eens over de volgende fundamentele stellingen in het huidige stadium van China's ontwikkeling. Ten eerste zou China geen feodaal, fascistisch en anti-populair staatssysteem moeten hebben onder de dictatuur van de grote landheren en de grote bourgeoisie, omdat achttien jaar regering door de opperste regerende kliek van de Kwomintang al zijn volledige bankroet heeft bewezen. Ten tweede kan China onmogelijk het oude type democratische dictatuur vestigen - een puur nationaal-burgerlijke staat - en zou het daarom ook niet moeten proberen, omdat enerzijds de Chinese nationale bourgeoisie zich economisch en politiek zeer zwak heeft bewezen, en anderzijds is er al geruime tijd een nieuwe factor aanwezig, namelijk het ontwaakte Chinese proletariaat met haar leider, de Chinese Communistische Partij, die blijk heeft gegeven van grote capaciteiten in de politieke arena en de leiding heeft genomen over de boerenmassa's, de stedelijke de kleinburgerij, de intelligentsia en andere democratische krachten. Ten derde is het voor het Chinese volk evenmin onmogelijk om een socialistisch staatssysteem in te stellen in het huidige stadium, wanneer het nog steeds hun taak is om buitenlandse en feodale onderdrukking te bestrijden en de noodzakelijke sociale en economische voorwaarden voor een socialistische staat nog steeds ontbreken.
Wat stellen we dan voor? Wij stellen de oprichting voor, na de grondige nederlaag van de Japanse agressors, van een staatssysteem dat we Nieuwe Democratie noemen, namelijk een democratisch bondgenootschap met een verenigd front, gebaseerd op de overweldigende meerderheid van het volk, onder leiding van de arbeidersklasse. (….)
Natuurlijk zijn er nog steeds tegenstellingen tussen die klassen, met name de tegenstelling tussen arbeid en kapitaal, en bijgevolg heeft elk zijn eigen specifieke eisen. Het zou hypocriet en verkeerd zijn om het bestaan van deze tegenstrijdigheden en uiteenlopende eisen te ontkennen. Maar gedurende het hele stadium van de Nieuwe Democratie zullen deze tegenstellingen, deze verschillende eisen niet groeien en de eisen overstijgen die ze allemaal gemeen hebben en dat niet zouden mogen doen; ze kunnen worden aangepast. Bij een dergelijke aanpassing kunnen deze klassen samen de politieke, economische en culturele taken van de nieuw-democratische staat vervullen.
De politiek van de Nieuwe Democratie die wij bepleiten, bestaat uit de omverwerping van externe onderdrukking en van interne feodale en fascistische onderdrukking, en vervolgens het opzetten van niet het oude type democratie, maar van een politiek systeem dat een verenigd front is van alle democratische klassen . Deze opvattingen van ons zijn volledig in overeenstemming met de revolutionaire opvattingen van Dr. Sun Yat-sen. In het Manifest van het Eerste Nationale Congres van de Kwomintang schreef Dr. Sun:
Het zogenaamde democratische systeem in moderne staten wordt meestal gemonopoliseerd door de bourgeoisie en is gewoon een instrument geworden om het gewone volk te onderdrukken. Aan de andere kant betekent het Kwomintang-principe van democratie een democratisch systeem dat wordt gedeeld door alle gewone mensen en niet in privébezit van enkelen.
Dit is een groot politiek bevel van Dr. Sun. Het Chinese volk, de Chinese Communistische Partij en alle andere democraten moeten het respecteren, het stevig in de praktijk brengen en een vastberaden strijd voeren tegen alle individuen en groepen die het schenden of ertegen zijn, en zo dit volkomen correcte politieke principe van de Nieuwe Democratie verdedigen en ontwikkelen . (….)
Ondernemingen, zoals banken, spoorwegen en luchtvaartmaatschappijen, hetzij in Chinese of buitenlandse handen, die ofwel monopolistisch van aard zijn of te groot zijn voor particulier beheer, zullen door de staat worden geëxploiteerd en beheerd, zodat privé kapitaal het levensonderhoud van de de mensen: dit is het belangrijkste principe van de regulering van het kapitaal. In het huidige stadium zijn we het volledig eens met deze opvattingen van Dr. Sun over economische kwesties. (…)
In overeenstemming met de principes van Dr. Sun en de ervaring van de Chinese revolutie, zou de nationale economie van China in het huidige stadium moeten bestaan uit de staatssector, de particuliere sector en de coöperatieve sector. Maar de staat hier moet zeker niet een staat zijn "die in privé bezit is van enkelen", maar een nieuw-democratische staat "gedeeld door alle gewone mensen" onder leiding van het proletariaat. (…)
Wij communisten verbergen onze politieke opvattingen niet. Zeker en zonder enige twijfel is ons toekomstige of maximale programma om China naar het socialisme en het communisme te brengen. Zowel de naam van onze partij als onze marxistische wereldbeschouwing wijzen ondubbelzinnig op dit hoogste ideaal van de toekomst, een toekomst van onvergelijkbare helderheid en pracht. Bij zijn toetreding tot de partij heeft elke communist twee duidelijk omschreven doelstellingen voor ogen, de nieuw-democratische revolutie nu en het socialisme en het communisme in de toekomst, en daarvoor zal hij vechten ondanks de vijandigheid van de vijanden van het communisme en hun vulgaire en onwetende laster , misbruik en spot, die we krachtig moeten bestrijden. Wat de goedbedoelende sceptici betreft, we moeten ze de dingen met goede wil en geduld uitleggen en ze niet aanvallen. Dit alles is heel duidelijk, definitief en ondubbelzinnig.
Maar alle communisten en sympathisanten van het communisme in China moeten strijden om het doel van het huidige stadium te bereiken; ze moeten strijden tegen buitenlandse en feodale onderdrukking om het Chinese volk te verlossen van hun miserabele koloniale, semi-koloniale en semi-feodale benarde situatie en een door proletariërs geleid nieuw-democratisch China te vestigen met als hoofdtaak de bevrijding van de boeren, een China van de revolutionaire Three People's Principles van Dr. Sun Yat-sen, een China dat onafhankelijk, vrij, democratisch, verenigd, welvarend en machtig is. Dit is wat we eigenlijk hebben gedaan. Samen met de massa's van het Chinese volk hebben wij communisten de afgelopen vierentwintig jaar heldhaftig gestreden voor dit doel. (…)
Het zou een pure illusie zijn om te proberen een socialistische samenleving op te bouwen op de ruïnes van de koloniale, semi-koloniale en semi-feodale orde zonder een verenigde nieuw-democratische staat, zonder de ontwikkeling van de staatssector van de nieuw-democratische economie, van de particuliere kapitalistische en de coöperatieve sectoren, en van een nationale, wetenschappelijke en massacultuur, d.w.z. een nieuw-democratische cultuur, en zonder de bevrijding en de ontwikkeling van de individualiteit van honderden miljoenen mensen - kortom, zonder een grondige burgerlijk-democratische revolutie van een nieuw type onder leiding van de communistische partij.
Sommige mensen begrijpen niet waarom communisten, in plaats van bang te zijn voor het kapitalisme, de ontwikkeling ervan onder bepaalde omstandigheden zouden moeten bepleiten. Ons antwoord is simpel. De vervanging van een zekere mate van kapitalistische ontwikkeling door de onderdrukking van het buitenlandse imperialisme en het binnenlandse feodalisme is niet alleen een vooruitgang, maar een onvermijdelijk proces. Het komt zowel het proletariaat als de bourgeoisie ten goede, en de eerste misschien meer. Het is niet het binnenlands kapitalisme, maar het buitenlands imperialisme en het binnenlands feodalisme die tegenwoordig in China overbodig zijn; inderdaad, we hebben te weinig kapitalisme. Vreemd genoeg vechten sommige woordvoerders van de Chinese bourgeoisie ervoor om openlijk te pleiten voor de ontwikkeling van het kapitalisme, maar er zijdelings naar te verwijzen. Er zijn andere mensen die botweg ontkennen dat China een noodzakelijke mate van kapitalistische ontwikkeling moet toestaan en die praten over het in één stap bereiken van het socialisme en "in één Het is duidelijk dat deze meningen ofwel de zwakte van de Chinese nationale bourgeoisie weerspiegelen of een demagogische truc zijn van de kant van de grote landheren en de grote bourgeoisie. Uit onze kennis van de marxistische wetten van sociale ontwikkeling, wij communisten begrijpen duidelijk dat het onder het staatssysteem van de Nieuwe Democratie in China noodzakelijk zal zijn in het belang van de sociale vooruitgang om de ontwikkeling van de particuliere kapitalistische sector van de economie te vergemakkelijken (op voorwaarde dat deze het levensonderhoud van de mensen niet domineert naast de ontwikkeling van de staatssector en van de individuele en coöperatieve sectoren die door de arbeiders worden geleid. (….)
Ook onze partij moet voor elke periode een specifiek programma hebben op basis van dit algemene programma. Ons algemene programma van de Nieuwe Democratie zal gedurende het gehele stadium van de burgerlijk-democratische revolutie onveranderd blijven,(…)
Ons algemene programma van de Nieuwe Democratie is bijvoorbeeld hetzelfde gebleven gedurende de perioden van de Noordelijke Expeditie, de Agrarische Revolutionaire Oorlog en de Verzetsoorlog tegen Japan, maar er zijn veranderingen geweest in ons specifieke programma, omdat onze vrienden en vijanden niet bleef hetzelfde in de drie periodes.
Het Chinese volk bevindt zich nu in de volgende situatie:
(1) de Japanse agressors zijn nog niet verslagen;
(2) het Chinese volk moet dringend samenwerken voor een democratische verandering om nationale eenheid te bereiken, snel alle anti-Japanse troepen te mobiliseren en te verenigen, en de Japanse agressors te verslaan in samenwerking met de geallieerden; en
(3) de regering van Kwomintang verstoort de nationale eenheid en belemmert een dergelijke democratische verandering. Wat is ons specifieke programma in de omstandigheden of met andere woorden, wat zijn de directe eisen van de mensen? Wij beschouwen het volgende als passend en minimaal:
(….)…….
Om aan deze eisen te voldoen, is het allerbelangrijkste de onmiddellijke afschaffing van de Kuomintang-eenpartijdictatuur en de oprichting van een democratische voorlopige centrale regering, een coalitieregering met landelijke steun en met vertegenwoordigers van alle anti-Japanse partijen en volkeren zonder partijlidmaatschap. Zonder deze voorwaarde is het onmogelijk om echte verandering in de Kuomintang-gebieden, en dus in het land als geheel, aan te brengen. Deze eisen vertolken de wensen van de Chinese massa's en ook van brede delen van de democratische publieke opinie in de geallieerde landen. Een specifiek minimumprogramma waarover alle anti-Japanse democratische partijen overeenstemming hebben bereikt, is absoluut onontbeerlijk, en wij zijn bereid met hen te overleggen op basis van het hierboven geschetste programma. Verschillende partijen kunnen verschillende eisen hebben, maar ze moeten het allemaal eens worden over een gemeenschappelijk programma. Wat de Kuomintang-gebieden betreft, is een dergelijk programma nog steeds in de fase van een vraag van de mensen; wat de door Japan bezette gebieden betreft, is het een programma waarvan de uitvoering moet worden afgewacht in afwachting van hun herstel, met uitzondering van het punt over de organisatie van ondergrondse troepen voor gewapende opstanden; wat betreft de bevrijde gebieden is het een programma dat al in de praktijk is, wordt en moet blijven.
(…)
Om de Japanse agressors uit te roeien is het noodzakelijk om in het hele land democratische hervormingen door te voeren. Toch zal dit onmogelijk zijn tenzij de eenpartijdictatuur van de Kwomintang wordt afgeschaft en een democratische coalitieregering wordt ingesteld. De eenpartijdictatuur van de Kwomintang is in werkelijkheid de dictatuur van de anti-populaire kliek binnen de Kwomintang, en deze dictatuur is de verstoorder van China's nationale eenheid, de auteur van de nederlagen aan het Kuomintang-front in de oorlog, en de fundamentele obstakel voor de mobilisatie en eenwording van de anti-Japanse troepen van het Chinese volk. Het Chinese volk is zich volledig bewust geworden van het kwaad van deze dictatuur door acht jaar bittere ervaring in de Verzetsoorlog, en ze eisen natuurlijk de onmiddellijke afschaffing ervan. Deze reactionaire dictatuur is ook de kweker van burgeroorlogen en, tenzij ze onmiddellijk wordt afgeschaft, zal ze opnieuw de rampspoed van de burgeroorlog over hen brengen. De verontwaardiging van het Chinese volk voor de afschaffing van de anti-populaire dictatuur is zo wijdverbreid en weergalmend dat de Kwomintang-autoriteiten zelf publiekelijk hebben moeten instemmen met de "vroegere beëindiging van de politieke voogdij", waaruit blijkt hoe ver deze "politieke voogdij" of een eenpartijdictatuur heeft de steun en het prestige van de bevolking verspeeld. Er is geen enkele persoon in China die nog durft te beweren dat "politiek voogdij" of eenpartijdictatuur goed is of dat het niet moet worden afgeschaft of "beëindigd", en dat markeert een grote verandering in de situatie.(….)
….onmiddellijk de afschaffing van de eenpartijdictatuur van de Kwomintang af te kondigen, een voorlopige centrale regering op te richten die bestaat uit vertegenwoordigers van de Kwomintang, de Communistische Partij, de Democratische Liga en mensen die geen partij zijn, en een democratisch programma af te kondigen van politieke actie zoals de onmiddellijke eisen van het Chinese volk die we hierboven hebben uiteengezet, met als doel de nationale eenheid te herstellen en de Japanse agressors te verslaan. Er zou een rondetafelconferentie moeten worden belegd met vertegenwoordigers van de verschillende partijen en mensen zonder partijaffiliatie om deze zaken te bespreken en tot overeenstemming te komen, en dan moeten dienovereenkomstig actie worden ondernomen. Dit is de weg van eenheid, die het Chinese volk krachtig zal steunen. (…)
Om de Japanse agressors uit te roeien en een nieuw China op te bouwen, is het noodzakelijk om het landsysteem te hervormen en de boeren te emanciperen. De stelling van dr. Sun Yat-sen over 'land naar de helmstok' is correct voor de huidige periode van onze revolutie, die burgerlijk-democratisch van aard is.
Waarom zeggen we dat onze revolutie in de huidige periode burgerlijk-democratisch van aard is? We bedoelen dat het doel van deze revolutie niet de bourgeoisie in het algemeen is, maar de nationale en feodale onderdrukking, dat de maatregelen die in deze revolutie worden genomen in het algemeen niet gericht zijn op de afschaffing maar op de bescherming van het privé-eigendom, en dat als gevolg van deze revolutie de werkende klasse zal in staat zijn om de kracht op te bouwen om China in de richting van het socialisme te leiden, hoewel het kapitalisme nog gedurende een vrij lange periode in gepaste mate zal kunnen groeien...."
Het is doortrapt, boosaardig leugenachtig…. of het is “gewoon” vanuit burgerlijke ideologie, dat de PVDA (of haar kader Peter Franssen) BEWUST zowel de geschiedenis vervalst als die van de Chinese revolutie als van de Chinese Communistische Partij van VOOR de Derde Zitting van het 11e CC in 1978. Door dit te doen volgt de PVDA (of het PVDA-kader Peter Franssen) hierbij hondstrouw de lijn van de CCP zèlf van VANAF EN NA de Derde Zitting van het 11e CC in 1978 waar die historisch revisionisme koppelt aan politiek revisionisme.Nu zal ik verder het slaafs volgen van het revisionisme van de CCP (van NA 1978) door de PVDA in volgende artikels analyseren. Ik hekelde reeds uitgebreid het ZOGENAAMD toelaten van bijdragen in te dienen inzake een “open” discussie over China in Marxistische Studies, maar waar mijn voorstel gelijk gecanceld werd …. in Is een debat over China in/met PVDA echt mogelijk?
Maar in het (suivistisch) ophemelen van “het Denken van Xi Jinping” als een “ontwikkeling van het marxisme” door al die deelnemende “communistische” partijen zit toch ook een gebrek aan studie en een nogal dogmatische opvatting van het “toepassen van het marxisme bij die partijen (waaronder dus ook de bij PVDA)
Een mooi voorbeeld van “Het Denken van Xi Jinping” in de Resolutie van het Centraal Comité van de Communistische Partij van China over de belangrijkste prestaties en historische ervaringen van de partij in de afgelopen eeuw, aangenomen tijdens de zesde plenaire zitting van het 19e Centraal Comité van de Communistische Partij van China op 11 november 202111:"Sinds haar oprichting in 1921 is de Communistische Partij van China (CPC) trouw gebleven aan haar oorspronkelijke ambitie en missie om geluk te zoeken voor het Chinese volk en verjonging voor de Chinese natie. Door toegewijd te blijven aan communistische idealen en socialistische overtuigingen, heeft het Chinese mensen van alle etnische groepen verenigd en geleid in hun onvermoeibare inzet om nationale onafhankelijkheid en bevrijding te bereiken, en vervolgens om ons land welvarend en sterk te maken en een beter leven na te streven. (….)
De partij nam de resolutie over bepaalde vragen in de geschiedenis van onze partij aan tijdens de zevende plenaire zitting van haar zesde Centraal Comité in 1945 en de resolutie over bepaalde vragen in de geschiedenis van onze partij sinds de oprichting van de Volksrepubliek China op de zesde plenaire zitting van het 11e Centraal Comité in 1981.
Deze twee resoluties belichamen een op feiten gebaseerd overzicht van belangrijke gebeurtenissen in de geschiedenis van de partij, evenals belangrijke opgedane ervaringen en geleerde lessen. Deze documenten verenigden de hele partij in denken en handelen op belangrijke historische momenten en speelden een essentiële leidende rol bij het bevorderen van de zaak van de partij en het volk. Hun basispunten en conclusies blijven tot op de dag van vandaag geldig.
(….)
Onder leiding van de partij werd een regering van democratische volksdictatuur opgericht en geconsolideerd, die werd geleid door de arbeidersklasse en gebaseerd was op een alliantie van arbeiders en boeren. Dit schiep de voorwaarden die nodig waren voor de snelle ontwikkeling van het land.
In 1949 werd het gemeenschappelijk programma van de Chinese People's Political Consultative Conference (CPPCC) aangenomen tijdens de eerste plenaire zitting van de CPPCC. In 1953 zette de partij officieel de algemene lijn voor de overgangsperiode uiteen, namelijk het geleidelijk realiseren van de socialistische industrialisatie en socialistische transformatie van het land van landbouw, handwerk en kapitalistische industrie en handel over een vrij lange periode. In 1954 werd de grondwet van de Volksrepubliek China aangenomen tijdens de eerste zitting van het Eerste Nationale Volkscongres. In 1956 voltooide China in wezen de socialistische transformatie van het privébezit van de productiemiddelen en bracht het de openbare eigendom van de productiemiddelen en de distributie naar werk in de praktijk, waarmee het de oprichting van het socialistische economische systeem markeerde.
(….)
In het licht van de binnenlandse situatie na de socialistische transformatie, stelde de partij op haar Achtste Nationale Congres12 dat de belangrijkste tegenstelling in China niet langer de tegenstelling was tussen de arbeidersklasse en de bourgeoisie, maar veeleer die tussen de vraag van het volk naar snelle economische en culturele ontwikkeling en de realiteit dat de economie en cultuur van het land niet voldeden aan de behoeften van de mensen. Daarom was de belangrijkste taak voor de natie om zich te concentreren op het ontwikkelen van de productiekrachten en het realiseren van industrialisatie om geleidelijk aan de groeiende materiële en culturele behoeften van de mensen te voldoen. De partij riep de mensen op hun inspanningen te verdubbelen om China stap voor stap op te bouwen tot een sterk socialistisch land met moderne landbouw, industrie, nationale defensie en wetenschap en technologie, en het leidde hen bij het uitvoeren van grootschalige socialistische constructies over de hele linie .
(….) De partij bracht de theorie van de differentiatie van de drie werelden naar voren ….(….)
Tijdens deze periode stelde kameraad Mao Zedong een tweede ronde van inspanningen voor om de basisprincipes van het marxisme-leninisme te integreren met de Chinese realiteit. Chinese communisten, met kameraad Mao Zedong als hun belangrijkste vertegenwoordiger, verrijkten en ontwikkelden het Mao Zedong-denken door de balans op te maken van nieuwe realiteiten, en brachten een reeks belangrijke theorieën naar voren voor socialistische constructie. Deze omvatten de erkenning dat de socialistische samenleving een lange historische periode was; strikt onderscheid maken tussen twee soorten tegenstellingen, namelijk die tussen het volk en de vijand en die tussen het volk, en op de juiste manier omgaan met deze tegenstellingen; adequaat omgaan met de tien belangrijkste relaties in de socialistische constructie van China; het vinden van een pad naar industrialisatie dat past bij de Chinese realiteit; het respecteren van de waardewet; uitvoering van het beginsel van langdurige coëxistentie en wederzijds toezicht tussen de Communistische Partij en andere politieke partijen; en het toepassen van het principe van honderd bloemen laten bloeien en honderd stromingen wedijveren met wetenschappelijk en cultureel werk. Deze creatieve theoretische prestaties behouden tot op de dag van vandaag een belangrijke leidende betekenis.
(…)
Helaas werd de juiste lijn die op het Achtste Nationale Congres van de Partij werd aangenomen, niet volledig bevestigd. Er werden fouten gemaakt zoals de Grote Sprong Voorwaarts en de volkscommunebeweging, en de reikwijdte van de strijd tegen rechtsen werd ook veel te breed gemaakt. Geconfronteerd met een ernstige en complexe externe omgeving in die tijd, maakte de partij zich grote zorgen over het consolideren van de socialistische staatsmacht van China en deed ze een breed scala aan inspanningen in dit opzicht. De theoretische en praktische fouten van kameraad Mao Zedong met betrekking tot de klassenstrijd in een socialistische samenleving werden echter steeds ernstiger, en het Centraal Comité slaagde er niet in deze fouten op tijd recht te zetten. Onder een volkomen verkeerde inschatting van de heersende klassenverhoudingen en de politieke situatie in de partij en het land, lanceerde en leidde kameraad Mao Zedong de Culturele Revolutie. De contrarevolutionaire kliekjes van Lin Biao en Jiang Qing profiteerden van de fouten van kameraad Mao Zedong, (...)
(...) In december 1978 hield het 11e Centraal Comité zijn derde plenaire zitting. Tijdens de sessie gaf de partij resoluut afstand van het beleid om klassenstrijd als de belangrijkste schakel te nemen, en begon een strategische verschuiving in de focus van het werk van de partij en het land, en luidde daarmee een nieuwe periode van hervorming, openstelling en socialistische modernisering in. Dit markeerde een groot keerpunt van verstrekkende betekenis in de geschiedenis van de partij sinds de oprichting van de Volksrepubliek China. De partij nam ook de gewichtige beslissing om de Culturele Revolutie volledig af te zweren. In de meer dan 40 jaar die sindsdien zijn verstreken, heeft de partij nooit getwijfeld om de lijn, principes en beleidslijnen te volgen die tijdens deze sessie werden aangenomen.
Na de derde plenaire zitting van het 11e Centraal Comité hebben de Chinese communisten, met kameraad Deng Xiaoping als hun belangrijkste vertegenwoordiger, de hele partij en de hele natie verenigd en geleid bij het uitvoeren van een grondige evaluatie van de ervaring en geleerde lessen sinds de oprichting van de Volksrepubliek. Op deze basis, en door zich te concentreren op de fundamentele vragen van wat socialisme is en hoe het op te bouwen en lessen te trekken uit de geschiedenis van het wereldsocialisme, hebben ze de Deng Xiaoping-theorie opgesteld en hun inspanningen gewijd aan het bevrijden van geesten en het zoeken naar waarheid van feiten. De historische beslissing werd genomen om de focus van de partij en het werk van het land te verleggen naar economische ontwikkeling en om de hervorming en openstelling te lanceren. Chinese communisten brachten de essentie van het socialisme aan het licht, legden de basis voor de primaire fase van het socialisme en maakten duidelijk dat China zijn eigen pad zou volgen en een socialisme met Chinese kenmerken zou opbouwen. (…)
Om hervormingen en openheid te bevorderen, herstelde de partij de marxistische ideologische, politieke en organisatorische lijnen, weerlegde grondig de foutieve "twee wat dan ook"-politiek, en schatte de historische positie van kameraad Mao Zedong en de waarde van Mao Zedong correct in. Denken als een wetenschappelijk systeem. De partij maakte duidelijk dat de belangrijkste tegenstelling in de Chinese samenleving was dat de onderontwikkelde sociale productie van China niet in staat was te voorzien in de steeds groter wordende materiële en culturele behoeften van de mensen, en daarom was de centrale taak van de partij om deze tegenstelling op te lossen. Op basis hiervan stelde de partij het doel naar voren om China uit te bouwen tot een redelijk welvarende samenleving.
De partij herstelde en formuleerde een reeks correct beleid op alle werkterreinen en begon het proces van het bijstellen van de nationale economie. Onder leiding van de partij werden uitgebreide stappen ondernomen om de zaken ideologisch, politiek en organisatorisch recht te zetten, en er werden uitgebreide inspanningen geleverd om het onrecht dat werd geleden door degenen die onterecht, valselijk en ten onrechte werden beschuldigd, te herstellen en om de sociale verhoudingen te reguleren. De goedkeuring van de resolutie over bepaalde vragen in de geschiedenis van onze partij sinds de oprichting van de Volksrepubliek China markeerde de succesvolle afronding van de inspanningen van de partij om haar leidende beginselen recht te zetten.
De partij kwam tot het besef dat om nieuwe perspectieven te openen voor hervorming, openstelling en socialistische modernisering, ze de vooruitgang van haar inspanningen moest sturen met theoretische innovatie. Kameraad Deng Xiaoping zei ooit: “Als alles volgens het boekje moet gebeuren, als het denken star wordt en blind vertrouwen de mode is, is het voor een partij of een natie onmogelijk om vooruitgang te boeken. Haar leven zal ophouden en die partij of natie zal ten onder gaan.” Met dit inzicht leidde en ondersteunde de partij uitgebreide discussies over het criterium voor het testen van de waarheid, handhaafde en ontwikkelde het marxisme in het licht van nieuwe praktijken en de kenmerken van de tijd, en beantwoordde effectief een reeks fundamentele vragen over socialisme met Chinese kenmerken, waaronder ontwikkeling pad, ontwikkelingsstadium, fundamentele taken, ontwikkelingsstimulansen, ontwikkelingsstrategieën, politieke garantie, nationale hereniging, diplomatie en internationale strategie, leiderschap en krachten om op te vertrouwen, waardoor de theorie van het socialisme met Chinese kenmerken wordt gevormd en een nieuwe doorbraak in aanpassing wordt bereikt Marxisme naar de Chinese context.
Op haar 12e tot en met 17e nationale congressen maakte de partij consistente algemene plannen voor het bevorderen van hervormingen, openstelling en socialistische modernisering met het oog op de veranderende omstandigheden in binnen- en buitenland en nieuwe vereisten voor de ontwikkeling van het land. Het Centraal Comité belegde verschillende plenaire sessies gewijd aan het plannen van belangrijke initiatieven ter bevordering van hervorming, ontwikkeling en stabiliteit.
De introductie van het systeem van huishoudcontractverantwoordelijkheid in plattelandsgebieden betekende de eerste doorbraak in de hervorming van China, er werden geleidelijk verdere stappen gezet om de economische structuur in de steden te hervormen en vervolgens werden er over de hele linie hervormingsinitiatieven doorgevoerd. Deze hervorming, gericht op de ontwikkeling van een socialistische markteconomie, gaf een groter en breder spel aan de fundamentele rol van de markt bij de toewijzing van middelen, terwijl de fundamentele economische en inkomensdistributiesystemen van China werden gehandhaafd en verbeterd. Terwijl ze resoluut economische structurele hervormingen doorbracht, voerde de partij tegelijkertijd politieke, culturele en sociale structurele hervormingen door, evenals institutionele hervormingen met betrekking tot partijvorming, wat leidde tot de vorming en ontwikkeling van krachtige instellingen en mechanismen die pasten bij de omstandigheden van het hedendaagse China.
De partij noemde openstelling een fundamenteel nationaal beleid. Onder dit beleid ging China van de oprichting van speciale economische zones in Shenzhen en een paar andere gebieden naar de ontsluiting van meer delen van het land: Pudong in Shanghai, belangrijke steden in het binnenland en gebieden langs de kustlijn, grenzen, de Yangtze-rivier en grote transport routes. Het trad ook toe tot de Wereldhandelsorganisatie en ging van 'binnenhalen' naar 'wereldwijd gaan'. In dit proces hebben we zowel binnenlandse als internationale markten en middelen volledig benut.
Met voortdurende vooruitgang in hervormingen en openstelling, heeft China de historische transformaties bereikt van een sterk gecentraliseerde planeconomie naar een socialistische markteconomie boordevol vitaliteit, en van een land dat grotendeels geïsoleerd was tot een land dat over de hele linie open staat voor de buitenwereld.
In een poging om de socialistische modernisering te versnellen, leidde de partij de mensen bij het bevorderen van economische, politieke, culturele en sociale ontwikkeling en boekte ze enorme prestaties.
De partij bleef economische ontwikkeling als de centrale taak beschouwen, bleef bij de overtuiging dat ontwikkeling van het allergrootste belang is en bracht het idee naar voren dat wetenschap en technologie de primaire productiekracht vormen. (….)
Deze strategische concepten en innovatieve ideeën zijn de belangrijke resultaten van de theoretische ontwikkeling van de partij, gebaseerd op een dieper begrip van de onderliggende wetten van het socialisme met Chinese kenmerken.
Kameraad Xi Jinping, (…) …. is dus de belangrijkste grondlegger van Het Denken Xi Jinping over Socialisme met Chinese Karakteristieken voor een Nieuw Tijdperk. Dit is het marxisme van het hedendaagse China en van de 21e eeuw. Het belichaamt het beste van de Chinese cultuur en ethos van onze tijd en vertegenwoordigt een nieuwe doorbraak in de aanpassing van het marxisme aan de Chinese context. (….).
De partij heeft op alle fronten structurele hervormingen aan de aanbodzijde doorgevoerd. Het heeft gewerkt aan het verminderen van overcapaciteit, het verminderen van overtollige voorraden, het afbouwen van schulden, het verlagen van de kosten en het versterken van zwakke punten, en implementeerde de principes van consolidering van de in dit opzicht gemaakte winst, het versterken van de dynamiek van micro-entiteiten, het upgraden van industriële ketens en het zorgen voor onbelemmerde stromen in de economie. Het heeft zijn inspanningen opgevoerd om van China een fabrikant van kwaliteit te maken, een modern industrieel systeem op te bouwen, de reële economie uit te breiden en de digitale economie te ontwikkelen.
De partij heeft haar macro-economisch bestuur verbeterd, innovatieve ideeën en benaderingen in macro-economische regelgeving aangenomen, meer initiatief getoond bij de macrobeleidsvorming en een proactief begrotingsbeleid en een voorzichtig monetair beleid ingevoerd. (…..)
Na de derde plenaire zitting van het 11e Centraal Comité zette de hervorming en openstelling van China een opmerkelijke koers in en behaalde resultaten die de aandacht van de wereld trokken. Niettemin, naarmate de praktijk veranderde, werden bepaalde diepgewortelde institutionele problemen en belemmeringen van gevestigde belangen steeds duidelijker. De hervorming van China ging dus een kritieke fase in vol met grote uitdagingen.(…)
De derde plenaire zitting van het 11e Centraal Comité was een baanbrekend evenement dat de nieuwe periode van hervorming, openstelling en socialistische modernisering inluidde. (….)
Solidariteit is kracht. Het ontwikkelen van een zo breed mogelijk eenheidsfront biedt onze partij belangrijke zekerheid om de vijand te verslaan en het land te regeren en te verjongen.
De partij is toegewijd gebleven aan grote eenheid en solidariteit, heeft alle krachten verenigd die kunnen worden verenigd, en heeft alle beschikbare positieve factoren gemobiliseerd om de harmonie tussen verschillende politieke partijen, etnische groepen, religies, sociale lagen en landgenoten in binnen- en buitenland te bevorderen....."
Is het “socialisme met Chinese karakteristieken” of is het “kapitalisme/imperialisme met Chinese karakteristieken”? (Deel 1)
Is het “socialisme met Chinese karakteristieken” of is het “kapitalisme/imperialisme met Chinese karakteristieken”? (Deel 2)
Ishet “socialisme met Chinese karakteristieken” of is het “kapitalisme/imperialisme met Chinese karakteristieken”? (Deel 3)
Is het “socialisme met Chinese karakteristieken” of is het “kapitalisme/imperialisme met Chinese karakteristieken”? (Deel 4)
Is het “socialisme met Chinese karakteristieken” of is het “kapitalisme/imperialisme met Chinese karakteristieken”? (Deel 5)
Deed de PVDA mee dit Marxistisch Forum “als een communistische partij”? De PVDA stelt in haar statuten nog altijd dat ze een communistische partij is. Maar in feite VOELT de PVDA zich een sociaal-democratische partij … zoals de Belgische Werklieden Partij van 1885….. Lees 19-10-2022 De PVDA claimt een COMMUNISTISCHE partij te zijn en DUS een partij van de werkende klasse. Maar is zij dat wel?
Wordt vervolgd...
-
1Martin Hart-Landsberg en Paul Burkett, China & socialism, Market reforms and class struggle, Monthly Review, New York, juli-augustus 2004, blz. 8.
-
2Ibidem, blz. 26.
-
3Barbara Foley, From situational dialectics to pseudo-dialectics: Mao, Jiang and capitalist transition, Cultural Logic, Volume 5, 2002. De tekst van Foley is terug te vinden op: http://eserver.org/clogic/2002/foley.html.
-
4Ibidem, punt 5.
5 Angus Maddison, Chinese economic performance in the long run, OECD-OCDE, Development Center Studies, Parijs 1998, p. 39-41.
6 Hu Sheng (hoofdredacteur) – Onderzoekscentrum naar de geschiedenis van de Communistische Partij van China, Centraal Comité, A concise history of the Communist Party of China, Foreign Languages Press, Beijing 1994, p. 425.
7 Carl Riskin, China 's political economy – The quest for development since 1949, Oxford University Press, New York 1996, p. 51.
8 Angus Maddison, op.cit., p. 33.
9 Albert Feuerwerker, Economic trends in the Republic of China, 1912–1949, Ann Arbor - Center for Chinese Studies, University of Michigan 1977, p. 55.
10 Mao Zedong, “Du gouvernement de coalition”, (april 1945), Oeuvres choisies, Deel 3, Éditions en Langues étrangères, Beijing 1968, p. 246-247.
11http://english.chinamil.com.cn/view/2021-11/17/content_10108612.htm, Resolution of the CPC Central Committee on the Major Achievements and Historical Experience of the Party over the Past Century Adopted at the Sixth Plenary Session of the 19th Central Committee of the Communist Party of China on November 11, 2021
12Dat was in 1956 (NICO)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten